Een 34-jarige man uit Huizen heeft van de politierechter in Almere twintig uur taakstraf gekregen voor het rondrijden met een zichtbaar nazivaandel in zijn auto. Eind mei werd de man aangehouden op verdenking van groepsbelediging van Joden. Mocht de man niet aan de twintig uur taakstraf voldoen, kan het worden vervangen door tien dagen hechtenis. Tijdens de zitting liet de man weten gehecht te zijn aan het vaandel en die graag terug wil, ook daar gaat de rechter niet in mee.
Na een uurtje uitstel begon de zitting bij de politierechter in Almere. De Huizer reed eind mei rond in zijn Volkswagen met een wit vaandel van daarop de zwarte adelaar en het hakenkruis van de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP). Het vaandel was duidelijk zichtbaar door de achterruit van de auto.
Een paar dagen voor zijn aanhouding werd de auto met het extreemrechtse vaandel al gespot door een agent. Nadat hiervan een aantekening werd gemaakt, werd door de politie onderzocht of dit strafbaar was. Het tonen van dit racistische symbool kan in specifieke omstandigheden strafbaar zijn, zo liet de politie toentertijd weten.
Opvallend genoeg parkeerde de man een paar dagen later zijn auto met het vaandel op de parkeerplaats van het politiebureau van Huizen. De eigenaar moest namelijk voor een andere zaak daar zijn. Dit toeval zorgde ervoor hij op heterdaad aangehouden kon worden.
Zonnegod en vrede
De nerveus ogende man laat aan de politierechter weten van geen kwaad bewust te zijn. “Ik ben al eerder aangehouden en toen mocht ik doorrijden”, zo laat hij weten. Sterker nog: de Huizer zegt al zeker een half jaar met het vaandel in zijn auto rond te rijden.
Op de vraag van de politierechter waarom hij met het vaandel rondreed verklaart hij: “Omdat ik het mooi vind. De adelaar staat voor de zonnegod en de swastika voor de vrede. Dus voor positiviteit in mijn belevenis.”
“Dat vind ik moeilijk te geloven”, reageert de politierechter. “Ik denk dat iedereen die dat ziet, denkt aan de NSDAP. U zegt dat u met dat gedachtegoed niets te maken heeft?” De Huizer houdt vol. “Nee, in die vorm niet. Ik heb een klein beetje in de Tweede Wereldoorlog gekeken. Het is niet dat ik mij daarbij neerleg.”
“Ik ben bang om narigheid te krijgen”, reageert de man. “Ik heb een moeilijke periode achter de rug. Ik werk, klus thuis en studeer. Ik heb twee jaar geleden mijn ouders verloren, twee weken geleden is mijn hond weggegaan. Daar heb ik het erg moeilijk mee. Ik probeer een beetje naar het positieve te gaan.”
“Ik krijg er niet helemaal de vinger achter”, reageert de politierechter na een moeizaam gesprek.
Soortgelijke zaak
Opvallend is dat de Huizer een week geleden in Zutphen ook al is veroordeeld voor een soortgelijke zaak. Dit ging over uitspraken die hij heeft gedaan op sociale media. “U heeft geschreven: ‘Kutjoden zijn zo sluw als een vos. Joden zijn satanisten'”, vertelt de officier van justitie. Hiervoor heeft de man een taakstraf van tachtig uur gekregen, waarvan veertig voorwaardelijk. “Begrijpt u dat ik uw verweer dan lastig te geloven vind?”
Dan begint de officier met het haar betoog en de strafeis. “We hebben het over discriminatie van Joden. Ik zie dat absoluut niet als iets positiefs. (…) Als ik kijk naar waar hij vorige week voor veroordeeld is, gaat het om vol opzet.” De eis van de officier is dan ook een werkstraf van twintig uur. Het vaandel dat tijdens de aanhouding in beslag is genomen mag hij van de officier niet terugkrijgen.
Strafverminderend
De advocaat van de man zet daartegenover een aantal argumenten die strafverminderend moeten werken. Zo vertelt hij dat zijn cliënt tijdens de aanhouding is geboeid. “Dat mag alleen als er redelijkerwijs mogelijk vluchtgevaar is, maar nu werd het gedaan vanwege transport en dat mag niet. Mijn cliënt vond dat erg vervelend en naar. Het gaat om vormverzuim.”
Ook heeft de man volgens zijn advocaat onderzoek gedaan naar of hij mocht rondrijden met het vaandel zichtbaar en daar kwamen ‘wisselende berichten’ over. Daarbij heeft zijn cliënt al bijna een half jaar met deze vlag rondgereden. “Politie vroeg toen of je dat wel moet doen, maar liet hem doorrijden. Dan leg je een grote verantwoordelijkheid op de burger. Dat heeft effect op de strafmaat.”
Als laatste beroept de advocaat zich op de eerdere taakstraf die zijn cliënt heeft gehad. Daarom zou volgens de advocaat het zogenoemde artikel 9A, een ‘schuldverklaring zonder staf’, het meest toepasselijk zijn.
Daarnaast wil de client zijn vaandel graag terug. Hij verklaart deze op een Tweede Wereldoorlogbeurs te hebben gekocht en dat het vaandel is losgeknipt van een shirt uit die tijd. “Ik ben gehecht aan het stukje stof. Als ik hem terugkrijg, laat ik hem thuis liggen”, belooft hij. “Ik zie mijzelf niet als een nationaalsocialist. Ik vind het erg kwalijk. Heb ik er een hekel aan zo te worden genoemd”, voegt hij toe aan zijn advocaat.
Uitspraak
“Als je de vlag ziet is het evident kwetsbaar en discriminerend voor Joden”, begint de politierechter aan zijn uitspraak. “Het zou kunnen dat het tonen van de vlag een bijdrage is aan het maatschappelijk debat of de vrijheid van meningsuiting. Daar heb ik meneer niet over horen praten dus dat gaat niet op in die zaak.”
Dat er geen sprake van opzet is gaat de rechter ook niet mee in. “U heeft het nota bene gekocht op een beurs met Tweede Wereldoorlog-snuisterijen en u zegt getwijfeld te hebben over het ophangen.” De eerdere zitting in Zutphen kan de rechter niet bij deze uitspraak betrekken, maar toch gaat hij uit van volledige opzet.
Dus krijgt de 34-jarige Huizer een taakstraf van twintig uur, te vervangen door tien dagen hechtenis als hij niet aan de taakstraf voldoet. De uitspraak van vorige week neemt de rechter wel mee in zijn oordeel. Als het gaat om vormverzuim van de handboeien geeft de rechter de advocaat gelijk, maar het wordt niet meegenomen in de straf. Het artikel 9A is voor de rechter ook een brug te ver.
Lichtelijk aangeslagen vraagt de man of hij zijn vaandel wel terugkrijgt. Dat krijgt hij niet. De advocaat laat weten dat de Huizer niet in hoger beroep wil.