Het bekende forteiland Pampus dat door veel toeristen wordt gebruikt om even uit te waaien gaat vanaf nu ook zelf gebruik maken van de wind. Het eiland is vandaag verrijkt met twee windmolens die het eiland honderd procent duurzaam en zelfvoorzienend moeten maken.
Het eiland is sinds de oplevering in 1895 niet aangesloten op het elektriciteitsnet. Het is al sinds die tijd zelfvoorzienend, maar de stroom werd opgewekt met diesel-aggregaten. Het eiland wil verduurzamen en heeft daarom de laatste jaren al veel zonnepanelen geïnstalleerd. Zelf de tafels op het terras hebben ingebouwde zonnepanelen.
Duurzaamheid
Met hulp van de nieuwe windenergie wil Pampus helemaal van de fossiele brandstoffen af. De twee windturbines, met een masthoogte van vijftien meter en een tiphoogte van 22 meter, zijn vrij klein vergeleken met andere windmolens in het IJmeer. Die zijn rond de honderd meter hoog. Toch wekken deze kleinere molens genoeg energie op om het eiland van stroom te voorzien.
Rekening gehouden
Directeur van Stichting Forteiland Pampus Van Nouhuys begrijpt mensen die schrikken van de komst van windmolens goed. “Ik denk dat we niet bevreesd hoeven te zijn van deze windturbines”, zegt hij. “Het past bij de historie van deze plek en bij de maatvoering hebben we er rekening mee gehouden. Het is een proportie die past bij de schaal van het eiland.”